Heirenbroek nog steeds onder de aandacht

06 December 2009

Heirenbroek nog steeds onder de aandacht

"Het antwoord van minister Muyters op de vraag van Vlaams volksvertegenwoordiger Dirk Peeters brengt weinig nieuws. Niets dat we zelf nog niet wisten. Hij heeft het o.a. over ontsluiting, stedenbouwkundige voorschriften, spoorbrugverhoging en het advies van de Vlaamse commissie Ruimtelijke Ordening.. Ondertussen heeft de Vlaamse Regering op 4 december ? na advies van de Raad van State ? beslist om het dossier (RUP) Heirenbroek goed te keuren. Wat wel opvalt is dat de stad Herentals betrokken is en blijft bij de keuze van de industrie die op Heirenbroek zal toegelaten worden. Ook zegt de minister dat er na de goedkeuring terug een informatie- en communicatieronde wordt opgezet met de bevolking.

Groen! Herentals zal hierover binnenkort vragen stellen aan het college."

 

Interesse voor het volledig antwoord? We plakken eerst de vragen van Dirk en daarna de antwoorden van minister Muyters hier:

vlaams parlement schriftelijke vragen philippe muyters vlaams minister van financiën, begroting, werk, ruimtelijke ordening en sport Vraag nr. 30van 17 september 2009van dirk peeters

"Heirenbroek" Herentals - Stand van zaken Reeds meer dan 5 jaar is er rond het dossier "Heirenbroek" in Herentals - en zijn ontwikkelingen, invulling en vooral ontsluiting - onduidelijkheid en ongerustheid bij de buurtbewoners. De toenmalige Vlaamse Regering nam op 23 april 2004 een belangrijke beslissing rond de verdere uitwerking van het Economisch Netwerk Albertkanaal (ENA) ter uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV). Met betrekking tot Heirenbroek (dat hiervan deel uitmaakt) werd toen besloten een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) op te maken met aandacht voor inbuffering, ontsluiting langs Lierseweg (N13), woonwagenproblematiek en het type van industrie. Een groot gedeelte van de gronden in het plangebied zijn nu reeds eigendom van de NV De Scheepvaart. Dit GRUP werd door de Vlaamse Regering op 28 november 2008 voorlopig vastgesteld en werd eerder dit jaar in openbaar onderzoek gebracht. Vlacoro (Vlaamse Commissie voor Ruimtelijke Ordening) gaf haar advies op 28 mei 2009, maar blijft vaag als het gaat over ontsluiting en invulling van het terrein. Vlacoro blijft ook vaag in haar reactie op de opmerkingen die de gemeenteraad van Herentals heeft ingebracht m.b.t. de hinderlijke activiteiten op Heirenbroek. Wanneer Elia opmerkt dat de aanwezige hoogspanningslijn niet op het plan wordt vermeld doet dat toch vragen rijzen over de ernst waarmee dit plan werd opgemaakt. Zeker op het vlak van de ontsluiting en het type bedrijvigheid dat er zal worden toegelaten - naast de 30 % watergebonden bedrijvigheid - blijft er onzekerheid bestaan. De bestendige deputatie van de provincie Antwerpen maakte in haar advies al voorbehoud bij de ontsluiting langs de Lierseweg (N13) en maakte ook bemerkingen bij het soort activiteiten dat op Heirenbroek zou plaatsvinden (bv. geen afvalverwerking), net zoals de gemeenteraad van Herentals. Ook wil de NV De Scheepvaart fietsers alleen maar "gedogen" op de dienstwegen langs het kanaal. Vlacoro volgt deze redenering niet, maar biedt ook geen sluitende oplossing die de veiligheid en de rechtspositie van de fietsers daar verhoogt. Ten slotte ontbreekt er blijkbaar nog een belangrijk element, namelijk de verhoging van de spoorwegbrug van de lijn 15 en de helling naar spoorlijn 207 langs het kanaal. Daarvan vinden we niets terug in dit dossier. Ook de NMBS spreekt er niet over in haar bezwaar.

1. Hoe en waar dient de ontsluiting langs de Lierseweg (N13) te gebeuren als men weet dat de aanpalende brug over het Albertkanaal nog verhoogd dient te worden om containers per schip toe te laten en dat er een spoorweg gekruist dient te worden? Wat zijn de effecten van deze verkeersafwikkeling op de E313?

2. Ook de spoorwegbrug zal verhoogd moeten worden en dit heeft ook weer gevolgen voor de helling van de bestaande spoorlijn langs het kanaal. Zijn er afspraken met NMBS wanneer deze werken uitgevoerd kunnen worden?

3. Is er al meer duidelijkheid over het "type" industrie dat daar zal worden toegelaten en mag men er zeker van zijn dat, gelet op de aanwezigheid in het klein stedelijk gebied van twee woonkernen (zowel ten Noorden als ten Zuiden van het plangebied) en een woonwagenterrein, hinderlijke en Seveso-richtlijn-bedrijven niet zullen worden toegelaten?

4. In het verleden werd er op dit terrein veel afval gestort. Ondertussen is het terrein ook opgespoten met grond afkomstig van het kanaal. Hoe wordt in de toekomstige ontwikkeling omgegaan met het ondergronds aanwezige afval? Worden er maatregelen genomen ter voorkoming van vervuiling naar het grondwater?

5. In 2003 werd er in aanwezigheid van gemeentebestuur en kabinetsmedewerkers afgesproken de buurtbewoners verder te betrekken bij het proces. Dat is tot nu toe niet gebeurd. Worden er op dit vlak nog initiatieven genomen?

6. Welke maatregelen, alternatieven zullen worden genomen om de veiligheid van de fietsers langs het Albertkanaal te garanderen?

philippe muyters vlaams minister van financiën, begroting, werk, ruimtelijke ordening en sport


antwoord

op vraag nr. 30 van 17 van dirk peeters

Voor het betrokken gebied "Heirenbroek" is de procedure van het gewestelijk ruimtelijk uitvoerings-plan nog lopende. Vlacoro heeft advies verleend op 23 juni 2009 en de Vlaamse Regering dient nog een definitieve beslissing over het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan "specifiek regionaal water-gebonden bedrijventerrein Heirenbroek" te nemen die de bestemming zal vastleggen. Het ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan wordt voorbereid voor principiële goedkeuring van het besluit houdende de definitieve vaststelling. Hier zal het advies van Vlacoro in behandeld zijn. Daarna zal de Raad van State om advies worden gevraagd. Dit betekent dat een aantal elementen van uw vragen pas na de definitieve vaststelling van het ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan "specifiek regionaal watergebonden bedrijventerrein Heirenbroek" een zekerheid c.q. een antwoord kunnen krijgen. Dit zal waarschijnlijk in de loop van oktober gebeuren.Het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan wijzigt de huidige bestemmingen door stedenbouwkundige voorschriften en legt waar nodig bijkomend specifiek ruimtelijke randvoorwaarden op. Een gewes-telijk ruimtelijk uitvoeringsplan faciliteert middels de stedenbouwkundige voorschriften de mogelijk-heden van ontwikkeling en ruimtelijke evolutie. Wanneer het ontwerp definitief wordt, is het de ontwikkelaar die de realisatie en uitgifte op zich neemt. De onderstaande antwoorden zijn dus gebaseerd op het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan "specifiek regionaal watergebonden bedrijventerrein Heirenbroek" zoals voorlopig vastgesteld door de Vlaamse Regering op 28 november 2008, aangevuld met elementen van het advies van Vlacoro.

1. In het ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan "specifiek regionaal watergebonden bedrijventerrein Heirenbroek" (hierna het betrokken RUP genaamd) is specifiek rekening gehouden met de mogelijke wijzigingen aan het spoortalud en het Albertkanaal door toekomstige brugverhogingen. Deze specifieke elementen zijn enerzijds een indicatieve aanduiding voor de hoofdontsluiting van het bedrijventerrein 'Heirenbroek' op de N13 zodat de meest geschikte aansluiting kan worden ontworpen en aangelegd. De stedenbouwkundige voorschriften laten ook de nodige flexibiliteit toe. Anderzijds is een inrichtingsplan nodig bij vergunningsaanvragen. Dit inrichtingsplan vereist dat inzicht wordt gegeven in de ontsluiting van het bedrijventerrein en de mogelijke zuidelijke verlegging van de goederenspoorlijn. De lokale effecten van de verkeersafwikkeling zijn voor dit betrokken RUP aan bod gekomen in het onderzoek tot opmaak van een plan-M.E.R. (akkoordverklaard op 29 april 2008 van de bevoegde afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid). Voor de E313 en corridor is in eerste instantie de strategische studie van belang in opdracht van de minister bevoegd voor Mobiliteit en Openbare Werken. In deze 'Tactische studie E313' worden verkeersgroei en -afwikkeling onderzocht. In bijkomende orde kan verwezen worden naar het lopende globale plan-M.E.R.-onderzoek voor het gehele Economisch Netwerk Albertkanaal.

2. De stedenbouwkundige voorschriften laten ruimte voor deze ontwikkelingen onder meer voor het verhogen van de spoorwegbrug over het Albertkanaal. De realisatie van deze werken is, na definitieve vaststelling door de Vlaamse Regering, voorwerp van verdere bespreking tussen de ontwikkelaar en de NMBS.

3. Zoals vermeld is het betrokken RUP nog niet definitief vastgesteld. In het betrokken RUP staat in de toelichtingsnota alsook bij de toelichtende kolom van de stedenbouwkundige voorschriften dat de stad Herentals een lijst van vervuilende, milieubelastende of buurthinderende bedrijven heeft die zij kan hanteren bij het verlenen van zowel de stedenbouwkundige vergunningen als bij de procedures van milieuvergunningen. Ook over bedrijven met bedrijfsactiviteiten die een veilig-heidsrisico kunnen vormen, is een uitgebreide toelichting opgenomen. Vlacoro adviseerde omtrent dergelijke bedrijfsactiviteiten dat ".. een dergelijke detaillering van de (niet)-toegelaten activiteiten indruist tegen de type-voorschriften. Niets belet volgens Vlacoro dat een doordacht uitgiftebeleid gevoerd wordt door de ontwikkelaar, desgevallend in samenspraak met de gemeente?".

4. Bij de realisatie van het bedrijventerrein, na definitieve vaststelling van het betrokken RUP, zal de ontwikkelaar met deze elementen moeten rekening houden. In het vermeld onderzoek naar aanzienlijke milieueffecten en in de watertoets, is het mogelijk effect op het grondwater onder-zocht en zijn de ruimtelijk relevante maatregelen opgenomen in de stedenbouwkundige voor-schriften.

5. De website van het Economisch Netwerk Albertkanaal (www.vlaanderen.be/ena) geeft de stand van zaken van onder meer dit RUP. In het kader van het openbaar onderzoek werd in januari 2009 een publieke toelichting gegeven. Als het betrokken RUP definitief wordt vastgesteld zullen de wettelijk opgelegde communicatie-initiatieven genomen worden.

6. Zoals onder punt 1 uiteengezet, vereist het inrichtingsplan dat men inzicht geeft waar de fiets-routes zullen komen. Meer bepaald: "?.De inrichtingsstudie houdt rekening met:?de ontsluiting van het bedrijventerrein inclusief fietsroutes?.". Daarnaast is in de toelichtingsnota onder concepten verduidelijkt dat gescheiden verkeer de voorkeur geniet bij de aanleg van de interne wegenis. Vlacoro heeft geadviseerd om deze bepaling omtrent fietsroutes niet te schrappen.